Schelvis

Algemeen

• Melanogrammus aeglefinus
• Haddock (Engeles) en Schellfisch (Duits)

Schelvis komt voor in koude en gematigde wateren van de noordelijke Atlantische Oceaan, met grote populaties rond IJsland, Noorwegen en Schotland. De soort leef hoofdzakelijk boven zandige en gemengde bodems op dieptes tussen twintig en driehonderd meter, afhankelijk van temperatuur, voedselstromen en seizoensinvloeden. Schelvis volgt jaarlijkse migratiepatronen waarbij volwassen dieren zich in de winter verplaatsen naar traditionele paaigebieden en in de zomer uitwaaieren naar voedselrijke plateauranden. Het lichaam is slank en licht zijdelings afgeplat, met een kenmerkende zwarte zijstip en een relatief hoge ruglijn. De vinstructuur ondersteunt rustige, gecontroleerde bewegingen langs de zeebodem. Schelvis voedt zich met kleine kreeftachtigen, wormen en jonge vis, waarbij dieptekeuze sterk samenhangt met licht en temperatuur. De verspreiding volgt koude, zuurstofrijke oceaanstromen die een stabiele leefomgeving creëren. Dankzij zijn bouw, gedrag en habitatkeuze vormt schelvis een herkenbare soort binnen noordelijke demersale visgemeenschappen.

Overige informatie

Schelvis wordt gewaardeerd vanwege zijn zachte smaak en fijne lamellen, waardoor hij populair is bij viswinkels en een visgroothandels. De visserij wordt nauw beheerd via wetenschappelijke evaluaties, seizoenssluitingen en vangstquota om duurzame bestanden te behouden. Temperatuurveranderingen en variaties in voedselstromen kunnen migratie en vangst beïnvloeden, maar moderne verwerkingsmethoden zorgen voor constante kwaliteit. Schelvis wordt veel gebruikt in bakken, pocheren en klassieke Noord-Atlantische bereidingen. Binnen professionele ketens biedt de soort een betrouwbaar product dat aansluit op de dagelijkse behoeften van groothandel en horeca, de consistente aanvoer en voorspelbaarheid.