Pieterman

Algemeen

• Trachinus draco
• Weeverfish (Engels) en Petermännchen (Duist)

Pieterman komt voor in de noordoostelijke Atlantische Oceaan, de Noordzee en delen van de Middellandse Zee, waar de soort leeft in zandige kustzones met voldoende stroming. De vis verblijft vooral op dieptes tussen tien en honderd meter, afhankelijk van temperatuur, voedselbeschikbaarheid en seizoenspatronen. Hoewel niet sterk migrerend, verplaatst pieterman zich door het jaar heen tussen warmere ondiepe gebieden en koelere diepere zones. Het lichaam is langgerekt en licht samengedrukt, met een duidelijke kopstructuur en giftige stekels op de rugvin en kieuwdeksels die dienen als verdedigingsmechanisme. De vis graaft zich vaak gedeeltelijk in het zand in, waarbij alleen de ogen en rugvin zichtbaar blijven om prooi te verrassen. Dit gedrag past bij zijn voorkeur voor rustige, zanderige bodems waar hij jaagt op kleine vissen en kreeftachtigen. De verspreiding is breed binnen gematigde kustgebieden waar stroming en temperatuur geschikte leefomstandigheden creëren. Dankzij zijn bouw, gedrag en aanpassingsvermogen is pieterman een karakteristieke soort van dynamische zandbodems.

Overige informatie

Pieterman wordt gewaardeerd om zijn fijne smaak en zachte structuur, waardoor hij geliefd is bij viswinkels, restaurants en een visgroothandel. De visserij houdt rekening met de gevoeligheid van paaigebieden en seizoenspatronen, wat helpt duurzame bestanden te behouden. Temperatuur en bodemgesteldheid kunnen invloed hebben op verspreiding en vangst, maar moderne sorteersystemen waarborgen een stabiele productkwaliteit. De toenemende aandacht voor minder bekende soorten stimuleert bovendien een stabielere afzet richting horeca, groothandel en visgroothandel, waarin pieterman langzaam aan terrein wint als veelzijdige, regionale keuze.